De Portretten van Isabel tekst Jesus Renau
1
Voor het eerst zie ik haar portretten en ik denk: Isabel heeft risico genomen.
Risico nemen betekent jezelf in een kwetsbare positie plaatsen.
Risico nemen betekent drinken van verschillende bronnen, dansen op verschillende podia, knabbelen van verschillende borden.
Tegelijkertijd.
De bronnen, podia en borden van Isabel hebben eigen namen: popart en de Gouden Eeuw, strips en classicisme, felle kleuren op stille gezichten.
2
Een grens is muur, prikkeldraad, gracht; een grens houdt tegen, isoleert, vermijdt.
Maar een grens is ook poort, voetpad, brug; een grens verenigt, herenigt, maakt mogelijk.
En daar ontmoet je elkaar ook: een mengelmoes.
Langs grenzen is niets wit en niets is er zwart.
Langs grenzen verdampt het onderscheid tussen goed en kwaad, gek en verstandig wonen er onder één dak en soms haal je ze door elkaar.
Genie en autist zijn daar kop en munt.
De scheppers van de grens zijn echt van híer en toch ook van nergens; ondanks hun doordringende ijzeren wortels diep in de aarde, waaien ze lichtvoetig als de wind.
Het werk van de scheppers aan de grens wil alles, maar het bindt zich niet, met niets of niemand.
«Popart en Gouden Eeuw, strips en classicisme, felle kleuren en stille gezichten»
Ik zeg vaak tegen mezelf: als er voor ons allemaal een toekomst is, een toekomst voor onze kinderen, ligt die toekomst in een niemandsland.
Zoals Isabel.
Zoals haar huis.
Zoals haar portretten.
Ja, dat is het: Isabel is een grenskarakter.
3
Langs de grens zijn we ook allemaal alleen.
«Ú mag verder, maar uw reisgenoot niet. Úw papieren zijn in orde, die van uw reisgenoot niet».
Daarom schildert Isabel misschien ook geen groepen, maar alleen eenlingen.Op elk doek maar één persoon.
Op elk doek, maar één persoon die alleen is.
Op elk doek slechts één persoon die alleen is en die Isabel schildert zoals hij is wanneer er niemand kijkt.
Of beter: zoals hij is wanneer hij zich onbespied weet.
Geloof je me niet? Kijk dan nog eens naar het portret van Guido, en vooral naar zijn ogen.
Een Vietnamees spreekwoord zegt: «Zodra je één gezicht van de werkelijkheid kent, probeer je dan ook direct de andere drie voor te stellen.»
4
Schilder je de eenzaamheid, dan schilder je de ziel. Gek, wie heeft het tegenwoordig nog over “ziel”?
Regel nummer een: om de eenzaamheid te kunnen schilderen, moet je wel goed met zielen kunnen omgaan.
Zielen hebben ook eigen namen: verdriet, blijdschap, woede, wijsheid, pijn, vertrouwen ...
Toch zijn er altijd twee die overheersen: ze heten licht en duisternis.
De ziel schilderen is licht en duisternis portretteren; ons licht, onze duisternis.
Regel nummer twee: om de ziel te schilderen moet je ook het geheim van de streken kennen.
Het geheim van de streken is dit: net zoals de geschiedenis groeit uit oneindig veel kleine geschiedenissen, groeit een portret uit oneindig veel streken van de penseel.
Isabel kent dat geheim.
Daarom concentreert ze zich op elke streek.
De rest, de ziel, die komt vanzelf.
5
Grenswerk, dus.
Bronnen, podia, borden; brug, eenzaamheid, ziel.
Voor het eerst zie ik Isabels portretten en ik denk: ze zijn prachtig omdat ze kwetsbaar zijn.
Het is eigenlijk heel eenvoudig: hun pracht komt van hun breekbaarheid.
Zoals dat ook met Isabel is.
Zoals dat ook met ons allemaal is.
Dat jullie maar lang en mooi mogen leven.